Nieuwgrieks/Tegenwoordige tijd
De tegenwoordige tijd (ο ενεστώτας) is de enige tijd die tot twee aspecten behoort: het onvoltooide aspect en het momentane aspect. Daarom wordt er dus voor handelingen die zich in het heden afspelen nooit een tweede of derde stam gebruikt.
De vorming van deze tijd vertoont geen echte onregelmatigheden (behalve bij είμαι "zijn"), we moeten enkel opletten voor de indeling van de werkwoorden in de twee vervoegingen en daarbinnen telkens de twee groepen.
De eerste vervoeging
bewerkenDeze werkwoorden worden gekenmerkt doordat het accent op de eerste stam ligt. Ze eindigen dus op -ω.
De basisuitgangen van de tegenwoordige tijd zijn:
Actief | Medio-passief | |
---|---|---|
1ste pers. Enk. | -ω | -oμαι |
2de pers. Enk. | -εις | -εσαι |
3de pers. Enk. | -ει | -εται |
1ste pers. Mv. | -ουμε | -όμαστε |
2de pers. Mv. | -ετε | -εστε |
3de pers. Mv. | -ουν | -ονται |
Deze gebruiken we voor beide groepen.
Eerste vervoeging, groep A
bewerkenIn deze groep voegen we de basisuitgangen toe aan de eerste stam, het accent staat op de laatste lettergreep van de stam (behalve in de 1ste persoon meervoud van het medio-passief):
Actief | Vertaling | Medio-passief | Vertaling | |
---|---|---|---|---|
1ste pers. Enk. | δένω | ik bind vast | δένομαι | ik word vastgebonden |
2de pers. Enk. | δένεις | jij bindt vast | δένεσαι | jij wordt vastgebonden |
3de pers. Enk. | δένει | hij/zij/het bindt vast | δένεται | hij/zij/het wordt vastgebonden |
1ste pers. Mv. | δένουμε | wij binden vast | δενόμαστε | wij worden vastgebonden |
2de pers. Mv. | δένετε | jullie binden vast | δένεστε | jullie worden vastgebonden |
3de pers. Mv. | δένουν | zij binden vast | δένονται | zij worden vastgebonden |
Opmerkingen:
- De basisvorm van het werkwoord die je in het woordenboek staat, is de eerste persoon enkelvoud van de tegenwoordige tijd.
- De medio-passieve werkwoorden worden in deze tabel door een passieve vertaling weergegeven; de vertaling kan natuurlijk ook mediaal zijn: ik bind mijzelf vast, jij bindt jezelf vast, hij bindt zichzelf vast, ...
- In de actieve eerste persoon meervoud vinden we ook vaak de uitgang -ομε.
Eerste vervoeging, groep B
bewerkenDeze werkwoorden noemen we ook de samengetrokken werkwoorden omdat de stam eindigt op een -γ die in het actief wegvalt en daardoor de basisuitgangen tot een verkorte vorm laat samentrekken:
Actief | Vertaling | Medio-passief | Vertaling | |
---|---|---|---|---|
1ste pers. Enk. | τρώω | ik eet | τρώγομαι | ik word opgegeten |
2de pers. Enk. | τρως | jij eet | τρώγεσαι | jij wordt opgegeten |
3de pers. Enk. | τρώει | hij/zij/het eet | τρώγεται | hij/zij/het wordt opgegeten |
1ste pers. Mv. | τρώμε | wij eten | τρωγόμαστε | wij worden opgegeten |
2de pers. Mv. | τρώτε | jullie eten | τρώγεστε | jullie worden opgegeten |
3de pers. Mv. | τρώνε | zij eten | τρώγονται | zij worden opgegeten |
Er zijn slechts acht werkwoorden die tot deze groep behoren:
- ακούω "horen"
- τρώω "eten"
- λέω "zeggen"
- κλαίω "huilen"
- καίω "branden"
- φταίω "schuld hebben"
- πάω "gaan"
- φυλάω "bewaken"
Bovendien kan het werkwoord σκάω/σκάζω "barsten" zowel volgens vervoeging 1B als 1A vervoegd worden.
De tweede vervoeging
bewerkenVan deze werkwoorden eindigt de woordenboekvorm op -άω (groep A) of -ώ (groep B).
Tweede vervoeging, groep A
bewerkenDeze groep heeft volgende basisuitgangen in de tegenwoordige tijd. In het actief zijn er in de eerste en derde persoon telkens twee vormen. Tegenwoordig winnen de uitgangen van de eerste kolom steeds meer aan belang en beginnen die van de tweede kolom langzaamaan te verdwijnen.
Actief | Actief | Medio-passief | |
---|---|---|---|
1ste pers. Enk. | -άω | -ώ | -ιέμαι |
2de pers. Enk. | -άς | -ιέσαι | |
3de pers. Enk. | -άει | -ά | -ιέται |
1ste pers. Mv. | -άμε | -ούμε | -ιόμαστε |
2de pers. Mv. | -άτε | -ιέστε | |
3de pers. Mv. | -άν(ε) | -ούν | -ούνται |
Opmerkingen:
- In groep A blijft het accent in deze tijd steeds op de uitgang.
- In de derde persoon meervoud actief is de eind-ε facultatief.
- Soms vinden we in de derde persoon meervoud van het medio-passief ook de uitgang -ιούνταν.
- Omdat in de eerste persoon enkelvoud ook -ώ als uitgang toegestaan is, vind je in sommige woordenboeken deze vorm als basisvorm. In dat geval moet er op een andere manier aangegeven worden of het werkwoord tot groep A of B behoort.
- Het werkwoord δρω "afwerken" heeft een stam die uit slechts medeklinkers bestaat (δρ-), daarom is er in een aantal personen geen accent nodig: δρω, δρας, δρα, δρούμε, δράτε, δρουν.
Op een voorbeeld geeft dit:
Actief | Vertaling | Medio-passief | Vertaling | |
---|---|---|---|---|
1ste pers. Enk. | φιλάω / φιλώ | ik zoen | φιλιέμαι | ik word gezoend |
2de pers. Enk. | φιλάς | jij zoent | φιλιέσαι | jij wordt gezoend |
3de pers. Enk. | φιλάει / φιλά | hij/zij/het zoent | φιλιέται | hij/zij/het wordt gezoend |
1ste pers. Mv. | φιλάμε / φιλούμε | wij zoenen | φιλιόμαστε | wij worden gezoend |
2de pers. Mv. | φιλάτε | jullie zoenen | φιλιέστε | jullie worden gezoend |
3de pers. Mv. | φιλάν(ε) / φιλούν | zij zoenen | φιλιούνται | zij worden gezoend |
Tweede vervoeging, groep B
bewerkenDeze groep werkwoorden heeft enkel de uitgang -ώ in de eerste persoon enkelvoud, de uitgangen in het actief zijn de geaccentueerde versies van de basisuitgangen van de eerste vervoeging:
Actief | Vertaling | |
---|---|---|
1ste pers. Enk. | λαλώ | ik fluit |
2de pers. Enk. | λαλείς | jij fluit |
3de pers. Enk. | λαλεί | hij/zij/het fluit |
1ste pers. Mv. | λαλούμε | wij fluiten |
2de pers. Mv. | λαλείτε | jullie fluiten |
3de pers. Mv. | λαλούν | zij fluiten |
Opmerking:
- Het werkwoord ζω "leven" heeft een stam die uit slechts één letter bestaat (ζ-), daarom is er in een aantal personen geen accent nodig: ζω, ζεις, ζει, ζούμε, ζείτε, ζουν.
In het medio-passief zijn er in deze groep 3 verschillende reeksen uitgangen; de eerste reeks wordt enkel gebruikt bij transitieve werkwoorden.
Reeks 1 | Reeks 2 | Reeks 3 | |
---|---|---|---|
1ste pers. Enk. | -oύμαι | -άμαι / -oύμαι | -ώμαι |
2de pers. Enk. | -είσαι | -άσαι | |
3de pers. Enk. | -είται | -άται | |
1ste pers. Mv. | -ούμαστε | -ούμαστε | -ώμαστε |
2de pers. Mv. | -είστε | -άστε | |
3de pers. Mv. | -ούνται | -ούνται | -ώνται |
Een voorbeeld van de eerste reeks vinden we bij het transitieve werkwoord μισώ "haten":
Medio-passief | Vertaling | |
---|---|---|
1ste pers. Enk. | μισούμαι | ik wordt gehaat / haat mijzelf |
2de pers. Enk. | μισείσαι | jij wordt gehaat / haat jezelf |
3de pers. Enk. | μισείται | hij/zij/het wordt gehaat / haat zichzelf |
1ste pers. Mv. | μισούμαστε | wij worden gehaat / haten onszelf |
2de pers. Mv. | μισείστε | jullie worden gehaat / haten jezelf |
3de pers. Mv. | μισούνται | zij worden gehaat / haten zichzelf |
Het overzicht van de werkwoorden die de uitgangen van reeks 2 en 3 krijgen, vind je op de pagina over de tweede vervoeging groep B.
Ook in de tweede vervoeging groep A zijn er een aantal werkwoorden die in het medio-passief de uitgang -ώμαι krijgen.
>> Nieuwgrieks >> Werkwoorden >> Tegenwoordige tijd