Engelse literatuur/Alfred Tennyson
Alfred (Lord) Tennyson (Somersby, Lincolnshire, 6 augustus 1809 – Blackdown, Sussex, 6 oktober 1892) was een van de meest geliefde victoriaanse dichters.
Tennyson, de vierde van twaalf kinderen, toonde al vroeg een talent voor schrijven. Toen hij twaalf was, schreef hij reeds een episch gedicht van 6000 versregels. Zijn vader, dominee George Tennyson, gaf zijn zonen onderricht in de klassieke en moderne talen. In de jaren 1820 begon Tennysons vader echter te lijden onder psychische stoornissen die nog werden verergerd door zijn alcoholisme. Een van Tennysons broers had hevige ruzies met zijn vader, een tweede werd later opgenomen in een krankzinnigengesticht, en een derde werd een opiumverslaafde.
Tennyson liep in 1827 weg van huis om in Trinity College in Cambridge onderwijs te volgen. Datzelfde jaar publiceerde hij samen met zijn broer Charles "Poems by Two Brothers". Hoewel de gedichten in het boek een jeugdwerk waren, trokken zij toch de aandacht van de "the Apostles", een literaire studentenclub onder leiding van de dichter Arthur Hallam. Door deze "apostelen" leerde Tennyson, die enorm verlegen was, wat vriendschap kon betekenen en dit gaf hem ook vertrouwen als dichter. Hallam en Tennyson werden beste vrienden en ze toerden samen door Europa, eerst in 1830 en opnieuw in 1832. De plotselinge dood van Hallam in 1833 had een sterke impact op de jonge dichter. Zijn lange elegie "In Memoriam" en vele andere gedichten vormden zijn eerbetoon aan Hallam.
In 1830 publiceerde Tennyson "Poems, Chiefly Lyrical" en in 1832 volgde een tweede deel, simpelweg "Poems" getiteld. Sommige kritieken veroordeelden deze bundels als 'geaffecteerd' en 'obscuur' en dat kwetste Tennyson zodanig dat hij de volgende negen jaar niets meer zou publiceren. In 1836 verloofde hij zich met Emily Sellwood. Toen hij in 1840 na een slechte investering zijn erfenis verloor, brak de Sellwood-familie de verloving af. Maar het tij keerde uiteindelijk voor de dichter. In 1842 verschenen zijn gedichten in twee delen en die werden al snel heel populair. Ook de critici prezen deze keer zijn werk. Met de publicatie van "In Memoriam" in 1850 werd Tennyson een van de populairste dichters van Groot-Brittannië. Hij werd verkozen tot Poet Laureate, als opvolger van William Wordsworth. In datzelfde jaar trouwde hij met Emily Sellwood. Zij kregen twee zonen, Hallam en Lionel.
Op 41-jarige leeftijd was Tennysons reputatie zo gestegen dat hij zich met recht de populairste dichter van het Victoriaans tijdperk kon noemen. Van het geld dat hij met zijn poëzie verdiende (soms meer dan 10.000 pond per jaar), kocht hij een huis op het platteland. Daar kon hij in relatieve afzondering schrijven. Tennysons verschijning, een grote en bebaarde man met een mantel en een brede hoed, verhoogde nog zijn status als beroemdheid. Hij las zijn poëzie met een bulderende stem, (vaak vergeleken met die van Dylan Thomas). In 1859 publiceerde Tennyson de eerste gedichten van "Idylls of the King", waarvan meer dan 10.000 exemplaren in een maand werden verkocht. In 1884 aanvaardde hij een verheffing tot de adelstand, waardoor hij voortaan door het leven ging als "Alfred Lord Tennyson". Tennyson stierf in 1892 en werd begraven in Westminster Abbey.
Lijst van zijn werken, een selectie
bewerken- Uit Poems, Chiefly Lyrical (1830):
- The Dying Swan
- The Kraken
- Mariana
- Lady Clara Vere de Vere (1832)
- Uit Poems (1833):
- The Lotos-Eaters
- The Lady of Shalott (1832, 1842) - waarvan John William Waterhouse drie versies van schilderijen maakte (1888, 1894 en 1916). Het werd ook op muziek gezet door Loreena McKennitt op haar album The Visit (1991).
- The Palace of Art
- St. Simeon Stylites (1833)
- Uit Poems (1842):
- Locksley Hall
- Tithonus
- Vision of Sin
- The Two Voices (1834)
- "Ulysses" (1833)
- Uit The Princess; A Medley (1847)
- "TThe Princess"
- Now Sleeps the Crimson Petal - later verscheen het als een lied in de film Vanity Fair, met een muzikaal arrangement van Mychael Danna
- "Tears, Idle Tears"
- In Memoriam A.H.H. (1849)
- Ring Out, Wild Bells (1850)
- [The Eagle (1851)
- The Sister's Shame
- Uit Maud; A Monodrama (1855/1856)
- Maud
- The Charge of the Light Brigade (1854) - er bestaat een vroege opname van Tennyson die dit gedicht voorleest.
- Uit Enoch Arden and Other Poems (1862/1864)
- Enoch Arden
- The Brook - bevat de versregel "For men may come and men may go, But I go on for ever" die de inspiratie vormde voor 'The Brook', een mannenclub in New York City.
- Flower in the crannied wall (1869)
- The Window (lied)|The Window - Liederencyclus met Arthur Sullivan. (1871)
- Harold (1876) - lag aan de basis van een revival van interesse in Koning Harold
- Idylls of the King (gedichtencyclus, gepubliceerd tussen 1856 en 1885)
- Locksley Hall Sixty Years After (1886)
- Crossing the Bar (1889)
- The Foresters - een toneelstuk met 'incidental music' (toneelmuziek) door Arthur Sullivan (1891)
- Chiefess Kapiolani (na zijn dood gepubliceerd door Hallam Tennyson)