Leer jezelf ecologisch tuinieren/Inleiding

Weet je dat... Persephone door Hermes uit de onderwereld naar haar moeder Demeter (godin van de vruchtbaarheid) wordt geleid voor tweederde van het jaar? Elk jaar stijgt zij, als de lente begint, uit de diepte van de onderwereld op naar de aarde tot vreugde van haar moeder, om in het laatst van de herfst weer af te moeten dalen naar het onzichtbare rijk van de dood.

Frederic Leighton-The Return of Perspephone(1891) →

Een praktisch studieboek en naslagwerk voor iedereen. Van zelfvoorzienend idealist met een hectare ter beschikking via iemand met alleen een balkon of (dak)tuintje tot diegene die meer wil weten over het plantje in de vrije natuur. Dit boek beoogt meer te zijn dan de groentenkalender waar het ooit mee begon. Informatie over 'alle' planten is het doel.

Van de meeste planten staan ook de Latijnse namen in het register, ook als (nog) geen Nederlandse naam bekend is.
Informatie over gewassen die niet van toepassing zijn voor dit boek, bijvoorbeeld (sub)tropische of die alleen op grote hoogte groeien, kan je in WikiPedia vinden (zie de WP plantenlijst‎ en de WP lijst kamerplanten). Gewassen die een warm gestookte kas nodig hebben, extra verlichting of andere ingrijpende maatregelen om te kunnen overleven horen in de Nederlands/Belgische ecologie niet thuis. Strikt genomen sommige andere planten (druif, tomaat) ook niet, maar deze kunnen gedijen met een beetje menselijk hulp of een beschut plekje.

De hoofdstukken

• De tuinkalender is een zeer uitgebreid hulpmiddel waarin van maand tot maand wordt aangegeven wat je aandacht nodig heeft.
• Register leidt je via linken naar alle onderwerpen in dit boek. Elk gewas heeft een eigen pagina met alles over zaaien, (uit)planten, zaai/plantdiepte, (rij)afstand, goede en slechte buurplanten, lokken en weren van ziektes en beestjes, bewerking en verzorging, vermeerderwijze, oogsten en bewaren.
• Wat zijn planten vertelt meer over de indeling en de opbouw van planten.
• Sorteringslijsten geeft informatie over 'gelijke' kleuren, hoogte, zon en water behoefte, de giftigheid, geneeskracht, eetbaarheid enzovoorts.
• Begrippen leert je alles over de tuinindeling, de (on)zin van gereedschappen voor de tuinbewerking en het snoeien.
• Enige voedingsleer gaat over het praktische gebruik van gewassen.
• Grondbewerking is natuurlijk de plek, de grondsoort en hoe die (niet) te bewerken. Ook het opzetten van een composthoop leer je in dit hoofdstuk.
• Plantkunde is een hoofdstuk waarin alles over de anatomie en morfologie van planten wordt uitgelegd.
• Vermeerderen, zaaien, stekken, scheuren, maar ook wat occuleren is.
• Plantenfamilies, over de families waar planten toe behoren met een onderverdeling naar Geslachten en hun Soorten.
• Plantenziekten, ziektes en gebreken worden in dit hoofdstuk beschreven.
• Problemen, een hoofdstuk over de problemen bij het telen van gewassen.
• Het dierenleven gaat over het nut en onnut van dieren. Bodemdieren (bijv. wormen), (schadelijke) insecten (aaltjes, bijen, maar ook coloradokevers) en kleinvee (kippen) zijn daar een paar voorbeelden van.
• De moestuin beschrijft de indeling in bedden en heel veel tips voor het telen groenten waarbij wordt uitgegaan van wisselteelt.
• De kruidentuin gaat behalve over de teelt, ook over het gebruik van kruiden voor ondersteuning van de moestuin (goede buren), keukenkruiden, kruidenthee en (soms) hun geneeskracht.
• De boomgaard beschrijft de soorten fruitbomen (van appel tot pruim) en (struiken met) kleinfruit (van aalbes tot zwarte bes).
• De siertuin herbergt (wilde) planten en bloemen die zonder al te veel rigoureuze maatregelen kunnen overleven in de ecotuin.
• De speeltuin, over een (deel) van de tuin als speelgebied en het maken van toestellen.
  

Heb je een opmerking, vraag of antwoord over een bepaalde plant, zet die dan op de overlegpagina bij het betreffende gewas.

  Schakel je computer uit als je in de tuin gaat werken. Die energie kan je beter gebruiken.