Leer jezelf ecologisch tuinieren/Stippelvaren
De stippelvaren is in België en Nederland zeldzaam tot zeer zeldzaam. De Nederlandse naam stippelvaren slaat op de gele kliertjes aan de onderzijde van het blad, die het blad een gestippeld uitzicht geven. De stippelvaren heeft geen verwanten uit hetzelfde geslacht in België en Nederland. Van de moerasvarenfamilie kunnen ook de moerasvaren (Thelypteris palustris) en de smalle beukvaren (Phegopteris connectilis) in de Benelux gevonden worden. De eerste heeft echter een heel ander biotoop en de smalle beukvaren heeft een andere habitus. Een grotere kans op verwarring is er wel met de algemeen voorkomende mannetjesvaren (Dryopteris filix-mas) en de wijfjesvaren (Athyrium filix-femina). Alle drie hebben ze ongeveer hetzelfde habitat en overeenkomstige kenmerken. De stippelvaren is echter van beide te onderscheiden door de kleine, tegen de bladrand gelegen sporenhoopjes. Bij de beide andere varens zijn die groter en tegen de nerf aangelegen. Ook de gele kliertjes op de onderzijde van het blad en de karakteristieke citroengeur bij kneuzing zijn onmiskenbaar.
Alle families? |
Familie: Moerasvaren (Thelypteridaceae) Geslacht: Oreopteris Soort: Oreopteris limbosperma | ||||||||||||||
Rode lijst. | Deze in het wild voorkomende plant staat op de rode lijst in Nederland en/of België. Dat betekent dat ze kwetsbaar of (bijna) uitgestorven zijn. Zaai of plant ze en verspreid overtollig zaad. | ||||||||||||||
Wortel: | Korte, verticale wortelstok. | ||||||||||||||
Blad: | De bladen zijn opvallend helder geelgroen, tot 100 cm lang, lijnlancetvormig, bovenaan tot een spits uitgerekt en onderaan versmald uitlopend tot een reeks korte blaadjes. Het blad is dubbel geveerd. De onderzijde van het blad is bezaaid met gele kliertjes, die bij kneuzing een citroen- of sinaasappelgeur afgeven (vandaar de Engelse benaming Lemmon-scented Fern). De bladrand is, op de insnijdingen na, glad en niet getand. De bladsteel is ongeveer een zesde van de lengte van het blad en is bezet met schubben. | ||||||||||||||
Vrucht: | De sporenhoopjes zijn klein en rond, afgedekt met een teer dekvliesje en liggen in twee rijen langs de bladrand. De sporen zijn rijp van juli tot september. | ||||||||||||||
Bodem: Meer onder dezelfde omstandigheden? |
|
||||||||||||||
FAQ: | Vragen en/of antwoorden over de Stippelvaren? |
Maan(d) | Werk | KK | KT | LT | VW | ZD | PA | RA |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
O | ||||||||