Leer jezelf ecologisch tuinieren/Gerst
De wintergerst moet voldoende koude gehad hebben om te kunnen bloeien.
Alle families? |
Familie: Grassen (Poaceae) Geslacht: Hordeum Soort: Hordeum vulgare |
Stengel/Tak: | Lange stengels waaraan zich een aarvormige bloeiwijze vormt. |
Blad: | Op de overgang van de bladschede naar de bladschijf zitten zowel een tongetje als oortjes. |
Bloei: Bloem: Meer van dezelfde kleur? |
Wintergerst bloeit in de tweede helft van mei. Zomergerst bloeit wat later. Aan weerszijden van de getande aarspil staan steeds drie eenbloemige aartjes ingeplant. De buitenste van de drie aartjes zijn soms mannelijk of rudimentair. De kelkkafjes zijn smal, lancet- tot naaldvormig en de onderste kroonkafjes van de fertiele bloempjes zijn gewoonlijk lang genaald. Soms is de kafnaald vervangen door een kort, drietandig vorkje (gevorkte gerst). De cultivars zijn zeer overwegend zelfbevruchtend. De aartjes zijn genaald. |
Vrucht: | De graanvrucht is meestal bedekt en min of meer strokleurig, maar er bestaat ook "naaktzadige" gerst en ook gerst met zwarte kroonkafjes (zwarte gerst). Bij gewone gerst is de korrel vergroeid met de omhullende kafjes, waardoor deze gepeld moet worden in een pelmolen om de kafjes van het zaad te scheiden. |
Hoogte/Lengte: Meer van dezelfde hoogte? |
± 50–130 cm. |
Weren: | Deze plant weert Algengroei. Er is recent wat onderzoek en publiciteit over gerstestro om algen te bestrijden. Het stro wordt daartoe in de vijver gebracht en onbekende factoren die gevormd worden door de afbraak van het stro hebben een remmend effect op de algengroei. Mogelijk heeft de afbraak van het stro ook de afname van de fosfaatconcentratie tot gevolg. De toevoeging van het stro heeft gemengde resultaten en niet alle algen blijken gevoelig voor de toepassing. |
Lokken: | Deze plant lokt en/of is vatbaar voor Gerst kan worden aangetast door stuifbrand, steenbrand, strepenziekte, meeldauw, dwergroest, gele roest, netvlekkenziekte, bladvlekkenziekte, gerstegeelmozaïekvirus en gerstevergelingsvirus. Gerstegeelmozaïekvirus is een dat wordt overgebracht door de grondschimmel Polymyxa graminis, terwijl het gerstevergelingsvirus door bladluizen wordt overgebracht. Stuifbrand, steenbrand en strepenziekte kan door ontsmetting van het zaaizaad worden tegengegaan. |
Gebruik: | Ontkiemende gerst (mout) is een belangrijke grondstof voor bier en whisky. Bij gerst is de vrucht vergroeid met de omhullende kafjes. Vanwege de onverteerbare kafjes moet gerst voor menselijke consumptie altijd gepeld worden. Gepelde gerst wordt gort genoemd. Vroeger werd de gerst gepeld op een pelmolen. Gerst bevat weinig gluten (in water zwellende kleefstoffen) en is daarom niet geschikt voor het bakken van brood. Door bij het gerstemeel 20-30% tarwemeel te mengen is het wel mogelijk hier brood van te bakken, maar deze broden zijn tamelijk plat. |
Recepten: | Recepten vind je in het Kookboek. |
FAQ: | Vragen en/of antwoorden over de Gerst? |
Maan(d) | Werk | KK | KT | LT | VW | ZD | PA | RA |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1/2 | ||||||||
10/2 | Zie (uit)planten. Wintergerst wordt in de eerste helft van oktober gezaaid. Zomergerst moet zo vroeg mogelijk gezaaid worden, vanaf half februari, mits de structuur het toelaat. Hierdoor wordt een hogere opbrengst en een betere kwaliteit verkregen. Ook blijkt vroeg gezaaide zomergerst door de meer intense en minder oppervlakkige beworteling minder gevoelig voor droogte te zijn. Zomergerst kan tot begin april gezaaid worden. Op zomergerst hoeft niet veel bemest te worden omdat de brouwkwaliteit dan achteruit gaat. Voor een hoge korrelopbrengst bij brouwgerst moet gestreefd worden naar circa 200 planten per m², waarbij een plantaantal van 225 planten per m² het maximum is. Een hogere zaaidichtheid heeft een negatief effect op de stevigheid, doordat er dan dunnere en slappere halmen gevormd worden. Ook neemt de ziektegevoeligheid van het gewas dan toe. De oogst is later dan van de wintergerst en valt meestal half augustus. |
|||||||
7-8 | Zie oogsten en bewaren. De oogst vindt eind juli/begin augustus plaats. |
|||||||