Italiaanse renaissance/De steden van de renaissance
De renaissance begon in de Toscaanse steden Florence en Siena. Vervolgens had zij een grote impact in Venetië en andere steden, waar humanistische geleerden aan de slag gingen met de klassieke teksten. Haar invloed manifesteerde zich in een latere fase ook in Rome, waar grote architecten als Michelangelo door de pausen werden aangezocht voor grootse bouwwerken in de 'nieuwe' all'antico stijl. De rol die rijke mecenassen van de Italiaanse stadsrepublieken in deze periode hebben gespeeld is niet te onderschatten. Zij omringden zich met kunstenaars en humanisten en trokken geleerden als Marsilio Ficino en Giovanni Pico della Mirandola aan die zo de gelegenheid kregen om het werk van Plato te vertalen en bekend te maken. De Medici's richtten bijvoorbeeld de Platoonse Academie op in Florence, die een grote stimulans betekende voor de verspreiding van Plato's denkbeelden.
Verspreiding van de renaissance vanuit Florence
bewerkenDe idealen van de renaissance verspreidden zich vanuit Florence naar zijn Toscaanse buurstaten, zoals Siena en Lucca. De Toscaanse cultuur werd al snel het model voor alle staten van Noord-Italië, en de Toscaanse taalvariant van het Italiaans werd (vooral in de geschreven literatuur) dominant in de hele regio. Toen Francesco Sforza in 1447 aan de macht kwam in Milaan transformeerde hij in hoog tempo deze middeleeuwse stad tot een belangrijk centrum van kunst en wetenschap. Een van de geleerden die hierdoor werd aangetrokken was de architect en humanist Leone Battista Alberti die een belangrijke rol zou spelen in de theorie van de renaissancekunst.
Venetië, een van de rijkste Italiaanse steden als gevolg van zijn controle over de Adriatische Zee, werd ook een centrum voor renaissancecultuur, met name van architectuur.
Ook kleinere steden kwamen door patronaat onder invloed van de renaissance: Ferrara en Mantua onder de Gonzaga-familie en Urbino onder Federico da Montefeltro.
In Napels werd de renaissance ingeluid onder het beschermheerschap van Alfonso I, die Napels in 1443 veroverde. Kunstenaars als Francesco Laurana en [Antonello da Messina, en schrijvers zoals de dichter Jacopo Sannazaro en de humanistische geleerde w:Angelo Poliziano&Angelo Poliziano verleende hij de nodige hulp en aanmoediging.
Rome bleef die eerste jaren wat achterop. Ook al keerde in 1417 het pausdom terug, de stad bleef arm en grotendeels een ruïne. Onder paus Julius II begon vanaf de 16e eeuw voor de pauselijke staten en voor Rome in het bijzonder een gouden eeuw.
Ook Milaan zou pas onder de familie van de Sforza's vanaf de tweede helft van de 15e eeuw uitgroeien tot een van de belangrijkste Italiaanse kunststeden.
Mobiliteit van kunstenaars
bewerkenKunstenaars en architecten bleven gewoonlijk niet in de stad waar ze geboren waren. Al naargelang de opdrachten die ze kregen verbleven ze soms jaren in een andere stad. Michelangelo bijvoorbeeld, een uit Caprese afkomstige Toscaan, werkte jaren in Rome. Rafaël Santi werd geboren in Urbino, ging naar Florence om zich te inspireren op de stijl van Michelangelo en Leonardo da Vinci, en trok enkele jaren later naar [Rome om daar te gaan werken. Het hiernavolgende overzicht geeft een indruk van de invloed van de renaissance op een aantal grote Italiaanse steden, en de kunstenaars en mecenassen die daarbij van belang zijn geweest.