Leer jezelf ecologisch tuinieren/Rozenfamilie
De Rozenfamilie (Rosaceae) is een grote familie van tweezaadlobbige planten met 3.000-4.000 soorten in 100-120 geslachten.
De bloemen zijn meestal tweeslachtig en puntsymmetrisch met vijf kroonbladen en vijf kelkbladen. De kroonbladen kunnen echter ook ontbreken. Er zijn vaak een twintigtal meeldraden, het aantal varieert van 1 tot vele, waarbij het vaak een twee-, drie- of viervoud is van het aantal kroonbladen. De stijlen staan vrij en zijn maar zelden vergroeid.
Het vruchtbeginsel is onderstandig. De vruchtbladen kunnen met het vruchtbeginsel vergroeid zijn. Binnen de familie komen zowel vlezige vruchten als schijnvruchten voor. Tot de rozenfamilie behoren bekende vruchtenplanten als de aardbei, de appel, de framboos, de peer, de pruim, etc.
De bladen staan meestal verspreid en hebben steunblaadjes.
De familie kent zowel veel sierplanten als veel gebruiksplanten. De roos is een geslacht waarin veel hybriden voor de sier gekweekt zijn.
Traditioneel wordt de familie onderverdeeld in vier onderfamilies: Rosoideae, Spiraeoideae, Maloideae en Amygdaloideae. Recent onderzoek heeft aangetoond dat deze subfamilies niet monofyletisch zijn, maar de structuur van de familie is nog niet geheel in kaart gebracht.
- Geslachten
-
Aardbei (Fragaria)
-
Agrimonie (Agrimonia)
-
Appel (Malus)
-
Appelbes (Aronia)
-
Braam (Rubus)
-
Ganzerik (Argentina)
-
Geitenbaard (Aruncus)
-
Krentenboompje (Amelanchier)
-
Leeuwenklauw (Aphanes)
-
Lijsterbes (Sorbus)
-
Meidoorn (Crataegus)
-
Nagelkruid (Geum)
-
Peer (Pyrus)
-
Roos (Rosa)
-
Stekelnootje (Acaena)
-
Vrouwenmantel (Alchemilla)
De soorten staan beschreven in de hoofdstukken over de geslachten.