Leer jezelf ecologisch tuinieren/Bloemkool
Alle families? |
Familie: Kruisbloemen (Brassicaceae) Geslacht: Kool (geslacht) Soort: Brassica oleracea | ||||||||||||||
Bodem: Meer onder dezelfde omstandigheden? |
|
||||||||||||||
Goede buren: | Goede buren voor deze plant: Aardappel, andijvie, boon, citroenkruid, erwt, gemaaid gras, hysop, kamille, munt, rode biet, selderie, wortel. | ||||||||||||||
Slechte buren: | Slechte buren voor deze plant: Aardbei, spinazie, sterrekers, tuinboon, tulp, zonnebloem. | ||||||||||||||
Lokken: | Deze plant lokt en/of is vatbaar voor Koolwitje, knolvoet. | ||||||||||||||
Gebruik: | Bloemkool wordt doorgaans gekookt gegeten, maar is ook als rauwkost eetbaar. Koken neemt 10 tot 20 minuten in beslag, afhankelijk van de gewenste hardheid van het eindresultaat en de afmeting van de bloemkool. Ook is het mogelijk de bloemkool te frituren door deze eerst door een bloempapje te halen waar kruiden door zijn gedaan. Ongeveer 4 minuten op 190 C°. Bloemkool wordt in een koolhydraatarm dieet gebruikt als vervanger van rijst of aardappelen, omdat het mondgevoel vergelijkbaar is, maar het dikmakende zetmeel ontbreekt. | ||||||||||||||
Recepten: | Recepten vind je in het Kookboek. | ||||||||||||||
FAQ: | Vragen en/of antwoorden over de Bloemkool? |
Maan(d) | Werk | KK | KT | LT | VW | ZD | PA | RA |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1-9 WM | Zie zaaitijd. Niet na spinazie. Bloemkool kan afhankelijk van het weer en het ras het hele jaar door geoogst worden. In januari en februari zaai je in de bak of kas, daarna kan het in de volle grond. Hoewel he zaad een kiemkracht heeft van vijf jaar kan je het beste elk jaar vers zaad te gebruiken. Zorg voor kalkrijke vochtige grond. Voor de winterteelt (zaai juli-augustus) het zaad zeker voorweken). De teelt die het minst kans maakt op aantastingen is die welke je eind september onder glas zaait en laat overwinteren. |
5 | 7 | 1 | 1 | |||
3-12 WM | Zie (uit)planten. In principe uitplanten als er behalve de zaadlobben vier blaadjes aan de plant zitten. Stop wat organische mest in het plantgaatje. Duw dit opzij zodat de worteltjes niet direct in aanraking komen met de mest. De voorjaarsteelt (zaai januari-februari) in april uitplanten, de zomerteelt (een moeilijke) (zaai maart-april) in mei-juni uitplanten, de najaarsteelt (zaai mei-juni) uitplanten in juli-augustus en de winterteelt (zaai juli-augustus) in september-oktober uitplanten. De voorjaarsteelt kan wat dichter bij elkaar, de herfstteelt heeft een afstand van 70x70 nodig. Als je in september onder glas gezaaid hebt plant je die half maart uit in de volle grond. |
50 | 50 | |||||
5-2 | Verzorgen: Beschermen (tegen de zon) door het blad over de bloem te vouwen. Zodra de kool te zien is moet deze bedekt worden met blad, omdat anders de kool niet mooi wit blijft maar bruinachtig geel verkleurt. Dit terug vouwen van het blad is vraagt arbeidsinspanning maar er zijn 'zelfdekkende' variëteiten ontwikkeld waarbij het blad om de kool groeit en zodoende verkleuring tegengaat. De winterteelt de hele winter vorstvrij houden met noppenfolie en/of rietmatten. |
|||||||
6-3 | Zie oogsten en bewaren. In juni kan je beginnen met het oogsten van de voorjaarsteelt en daarmee doorgaan tot maart (de winterteelt). |
|||||||
1-4 | Zie vermeerderwijze. Selecteer op mooie planten uit die je laat staan, liefst van de vroegste teelt. Ze moeten zo resistent mogelijk zijn tegen boorders (te vroeg geboren bloemorganen), en niet vatbaar zijn voor waterziekte (men spreekt dan van moskolen). De kool moet voldoende blad vormen om de bloem te kunnen afdekken tegen de zon. Kies planten met vaste en niet-bonkige bloemorganen. Planten die die als zaaddrager wilt gebruiken mogen geen doorwas (groen blad tussen de bloem, zie plaatje ²) hebben. Omdat bloemkool later bloeit dan alle andere kool kan je er elk jaar zaad van winnen zonder het risico van kruisbestuiving. Laat de geselecteerde planten staan. Als de kool goed gevormd is en neiging tot uitschieten vertoont, snij je het binnenste deel ter grootte van een ei weg. Plaats drie steunstokken en bescherm de plant tegen overvloedige regenval (dakje). Zorg wel dat de bestuivers toegang hebben, maar scherm ze tijdig af tegen vogels (netje om de bloem). Eind augustus snij je de stengels af en droogt ze. De schermen tussen de handen wrijven en het zaad in een emmer water wassen. Het kaf en de lege zaden gaan drijven, de kiemkrachtige zaden zinken. Schep het kaf weg, zeef de zaden eruit en droog ze onmiddellijk. |
Z |