Verklarende woordenlijst biologie voor het secundair onderwijs/S


A · B · C · D · E · F · G · H · I · J · K · L · M · N · O · P · Q · R · S · T · U · V · W · X · Y · Z


- S -
Stuifmeelkorrels van de zonnebloem Helianthus annuus

SA-knoop - sacharase - sacharide - sacharose - saprofaag - saprofyt - sapstroom - sarcolemma - sarcomeer - sarcoplasma - savanne - schakelneuron - schede - schijnvoetje - schildklier - schimmel - schors (plant) - schrijfcentrum - Schwann, cel van - scotopsine - scrotum - secretie - secretine - secundaire geslachtskenmerk - segment - segmentatie - sekse - seksueel overdraagbare aandoening - selectie - selectiedruk - semidominant - semipermeabel - sensibel - sensorisch neuron - sensorisch veld - sensorische zenuw - seropositiviteit - serotonine - serum - S-fase - s-groeicurve - signaal - signaalhandeling - sikkelcelanemie - simultaan - sinus - sinusknoop - sinusoide - sipho - skelet - skeletspier - sklerenchym - sklerofyt - slagader - slagaderklep - slagvolume - slakkenhuis - sleutel-slot-principe - sleutelprikkel - slijmlaag - slikreflex - sluitcel - soa - sociaal gedrag - sociobiologie - soort - soortnaam - specialisatie - species - speeksel - sperma - spermacel - spermaleider - spermatide - spermatocyt - spermatogenese - spier - spierbundel - spiercontractie - spierschede - spiertonus - spiervezel - spierweefsel - spinaal - spinaal ganglion - spinachtige - spiraaltje - spiralisatie - splicing - splitsingswet - spoeldraad - spoelfiguur - sponsparenchym - sporangium - spore - sporenelement - sporofyt - spreekcentrum - staafje - staar - stabilisator - stamboom - stamcel - stamper - startcodon - stemband - stempel - stereoscopie - stereotiep gedrag - sterftecijfer - steriel - sternum - steroïde - steundraad - steunweefsel - stigma - stijgbeugel - stijl - stikstofassimilatie - stikstofbase - stikstofbindende bacterie - stikstofbinding - stikstofkringloop - stimulus - stippel - stoffenstroom - stofwisseling - stollingsenzym - stollingsfactor - stopcodon - streptomycine - stress - stroma - stroming in planten - strooisellaag - strotklepje - strottenhoofd - structuureiwitten - struma - stuifmeel - stuifmeelbuis - stuifmeelkorrel - stuifmeelmoedercel - substraat - successie - successiesnelheid - succulent - suiker - suikerziekte - summatie - supernormale prikkel - suppressie - suppressor T-lymfocyten - survival value - syfilis - symbiont - symbiose - sympathisch zenuwstelsel - synaps - synapsspleet - syndroom van Down - synergist - systematiek - systole

SA-knoop bewerken


Zie Wikipedia

sacharase bewerken


Zie Wikipedia

sacharide bewerken


Zie Wikipedia

sacharose bewerken


Zie Wikipedia

saprofaag bewerken


Zie Wikipedia

saprofyt bewerken


Zie Wikipedia

sapstroom bewerken


Zie Wikipedia

sarcolemma bewerken


Zie Wikipedia

sarcomeer bewerken


Zie Wikipedia

sarcoplasma bewerken


Zie Wikipedia

savanne bewerken


Zie Wikipedia

schakelneuron bewerken


Zie Wikipedia

schede bewerken


Zie Wikipedia

schijnvoetje bewerken


Zie Wikipedia

schildklier bewerken


Zie Wikipedia

schimmel bewerken


Zie Wikipedia

schors (plant) bewerken


Zie Wikipedia

schrijfcentrum bewerken


Zie Wikipedia

Schwann, cel van bewerken


Zie Wikipedia

scotopsine bewerken


Zie Wikipedia

scrotum bewerken


Zie Wikipedia
een buiten het lichaam hangende huidplooi (zakje) waarin de twee teelballen hun plaats hebben.

secretie bewerken


Zie Wikipedia

secretine bewerken


Zie Wikipedia

secundaire geslachtskenmerk bewerken


Zie Wikipedia

segment bewerken


Zie Wikipedia

segmentatie bewerken


Zie Wikipedia

sekse bewerken


Zie Wikipedia

seksueel overdraagbare aandoening bewerken


Zie Wikipedia

selectie bewerken


Zie Wikipedia

selectiedruk bewerken


Zie Wikipedia

semidominant bewerken

allelen die bij een heterozygoot individu een intermediair fenotype veroorzaken zijn semidominant. Bij een heel aantal bloeiende planten zijn rood en wit semidominant ten opzichte van elkaar, omdat de kruising tussen een raszuivere witte en een raszuivere rode bloem resulteert in roze bloemen.

semipermeabel bewerken


Zie Wikipedia

sensibel bewerken


Zie Wikipedia

sensorisch neuron bewerken


Zie Wikipedia

sensorisch veld bewerken


Zie Wikipedia

sensorische zenuw bewerken


Zie Wikipedia

seropositiviteit bewerken


Zie Wikipedia

serotonine bewerken


Zie Wikipedia

serum bewerken


Zie Wikipedia

S-fase bewerken

of synthese-fase
Tijdens de S-fase (die zich in de interfase situeert tussen de G1-fase en de G2-fase) gebeurt de replicatie van het DNA. Op het einde van de S-fase zijn alle chromosomen verdubbeld tot dubbel zoveel chromatiden. M.a.w. de chromosomenset wordt tijdens de S-fase verdubbeld (4n), zodat straks na de mitose elke dochtercel over de volledige genetische informatie zal beschikken.

s-groeicurve bewerken


Zie Wikipedia

signaal bewerken


Zie Wikipedia

signaalhandeling bewerken


Zie Wikipedia

sikkelcelanemie bewerken


Zie Wikipedia

simultaan bewerken


Zie Wikipedia

sinus bewerken


Zie Wikipedia

sinusknoop bewerken


Zie Wikipedia

sinusoide bewerken


Zie Wikipedia

sipho bewerken


Zie Wikipedia

skelet bewerken


Zie Wikipedia

skeletspier bewerken


Zie Wikipedia

sklerenchym bewerken


Zie Wikipedia

sklerofyt bewerken


Zie Wikipedia

slagader bewerken


Zie Wikipedia

slagaderklep bewerken


Zie Wikipedia

slagvolume bewerken


Zie Wikipedia

slakkenhuis bewerken

1 Schelp van een slak (weekdieren - Gastropoda )
2 Onderdeel van het binnenoor
(Lat. cochlea)

Het slakkenhuis is ongeveer één cm in diameter bij mensen en is het tweeënhalf maal opgerold en gevuld met vloeistoffen Deze vloeistof wordt door de versterkte geluidstrillingen op het ovale venster in beweging gebracht. De trillingen op het ovale venster doen de vloeistof in het slakkenhuis heen en weer bewegen over het basilair membraan, waarop ongeveer 20.000 haarcellen zitten. Deze haarcellen registreren dit als geluid en geven dat door aan de hersenen via de gehoorzenuw.


Zie Wikipedia

Meer afbeeldingen over dit onderwerp vindt u in Categorie Inner ear op Wikimedia Commons

sleutel-slot-principe bewerken


Zie Wikipedia

sleutelprikkel bewerken


Zie Wikipedia

slijmlaag bewerken


Zie Wikipedia

slikreflex bewerken


Zie Wikipedia

sluitcel bewerken


Zie Wikipedia

soa bewerken


Zie Wikipedia

sociaal gedrag bewerken


Zie Wikipedia

sociobiologie bewerken


Zie Wikipedia

soort bewerken


Zie Wikipedia

soortnaam bewerken


Zie Wikipedia

specialisatie bewerken


Zie Wikipedia

species bewerken


Zie Wikipedia

speeksel bewerken


Zie Wikipedia

sperma bewerken


Zie Wikipedia
De door de mannelijke dieren geproduceerde vloeistof met geslachtscellen.

spermacel bewerken


Zie Wikipedia

spermaleider bewerken


Zie Wikipedia

spermatide bewerken


Zie Wikipedia

spermatocyt bewerken


Zie Wikipedia

spermatogenese bewerken


Zie Wikipedia

spier bewerken


Zie Wikipedia

spierbundel bewerken


Zie Wikipedia

spiercontractie bewerken


Zie Wikipedia

spierschede bewerken


Zie Wikipedia

spiertonus bewerken


Zie Wikipedia

spiervezel bewerken


Zie Wikipedia

spierweefsel bewerken


Zie Wikipedia

spinaal bewerken


Zie Wikipedia

spinaal ganglion bewerken


Zie Wikipedia

spinachtige bewerken


Zie Wikipedia

spiraaltje bewerken


Zie Wikipedia

spiralisatie bewerken

Spiralisatie is het proces waardoor de chromatinevezels zich tijdens de profase condenseren tot chromosomen, die dan onder een lichtmicroscoop zichtbaar worden. Daarbij zullen de chromatinevezels in meerdere stappen opgewonden worden rond begeleidende eiwitten.

splicing bewerken

Splicing is in de genetica het omzetten van het pre-mRNA dat door transcriptie ontstaan is naar het definitieve mRNA. Hierbij worden de introns uit het pre-mRNA geknipt en de exons van het pre-mRNA aan elkaar geplakt. Speciale splicingsenzymen knippen de introns uit het pre-mRNA molecuul. Zij herkennen deze aan speciale stukjes code die het begin en einde van een exon aangeven. Deze locaties worden splice sites ("split plekken") genoemd.
Zie Wikipedia

splitsingswet bewerken

Zie Mendelwetten

spoeldraad bewerken

 
De opbouw van microtubuli door tubuline-eiwitten

Tijdens de profase van de kerndeling wordt er rond de kern een reeks van draden gevormd tussen de beide polen. Dit zijn de spoeldraden die bestaan uit microtubuli. Deze bestaan zelf uit spiraalvormig gerangschikte tubuline-eiwitten. De spoeldraden zullen zich aan de chromosomen hechten ter hoogte van het centromeer. Tijdens de anafase doen zij de chromatiden ( mitose) of de homologe chromosomen ( meiose) uit elkaar wijken, naar de polen toe.
Zie Wikipedia

spoelfiguur bewerken

De spoelfiguur ontstaat tijdens de profase van de kerndeling en dit zowel bij mitose als bij meiose. Bij dierlijke cellen ligt net buiten de kernmembraan het centrosoom dat uit twee centriolen bestaat. De centriolen verdubbelen zich in het begin van de profase en bewegen zich dan elk langzaam naar één kant van de kern. Geleidelijk ontwikkelt zich uit elk van de centrosomen een structuur van microtubuli (op zich polymeren van het tubuline-eiwit). Evenwijdig lopende microtubuli vormen samen spoeldraden. Wanneer de centrosomen elk aan hun kant van de kern aangekomen zijn vormen ze de polen van de cel. Daartussen is dan een netwerk van draden gevormd, dat de kern omspant: de spoelfiguur. Plantencellen hebben geen centrosoom, maar ook hier ontstaat een spoelfiguur tussen de twee polen.
Tijdens de metafase zullen de spoeldraden zich ter hoogte van de centromeren (meer bepaald via de kinetochoren) aan de chromatiden hechten.
Zie Wikipedia

sponsparenchym bewerken


Zie Wikipedia

sporangium bewerken


Zie Wikipedia

spore bewerken


Zie Wikipedia

sporenelement bewerken


Zie Wikipedia

sporofyt bewerken


Zie Wikipedia

spreekcentrum bewerken


Zie Wikipedia

staafje bewerken


Zie Wikipedia

staar bewerken


Zie Wikipedia

stabilisator bewerken


Zie Wikipedia

stamboom bewerken


Zie Wikipedia

stamcel bewerken


Zie Wikipedia

stamper bewerken


Zie Wikipedia

startcodon bewerken


Zie Wikipedia

stemband bewerken


Zie Wikipedia

stempel bewerken


Zie Wikipedia

stereoscopie bewerken


Zie Wikipedia

stereotiep gedrag bewerken


Zie Wikipedia

sterftecijfer bewerken


Zie Wikipedia

steriel bewerken


Zie Wikipedia

sternum bewerken


Zie Wikipedia

steroïde bewerken


Zie Wikipedia

steundraad bewerken


Zie Wikipedia

steunweefsel bewerken


Zie Wikipedia

stigma bewerken


Zie Wikipedia

stijgbeugel bewerken

(Lat. stapes)
Eén van de gehoorsbeentjes
Zie Wikipedia

stijl bewerken


Zie Wikipedia

stikstofassimilatie bewerken


Zie Wikipedia

stikstofbase bewerken


Zie Wikipedia

stikstofbindende bacterie bewerken


Zie Wikipedia

stikstofbinding bewerken


Zie Wikipedia

stikstofkringloop bewerken


Zie Wikipedia

stimulus bewerken


Zie Wikipedia

stippel bewerken


Zie Wikipedia

stoffenstroom bewerken


Zie Wikipedia

stofwisseling bewerken


Zie Wikipedia

stollingsenzym bewerken


Zie Wikipedia

stollingsfactor bewerken


Zie Wikipedia

stopcodon bewerken


Zie Wikipedia

streptomycine bewerken


Zie Wikipedia

stress bewerken


Zie Wikipedia

stroma bewerken


Zie Wikipedia

stroming in planten bewerken


Zie Wikipedia

strooisellaag bewerken


Zie Wikipedia

strotklepje bewerken


Zie Wikipedia

strottenhoofd bewerken


Zie Wikipedia

structuureiwitten bewerken


Zie Wikipedia

struma bewerken


Zie Wikipedia

stuifmeel bewerken


Zie Wikipedia

stuifmeelbuis bewerken


Zie Wikipedia

stuifmeelkorrel bewerken


Zie Wikipedia

stuifmeelmoedercel bewerken


Zie Wikipedia

substraat bewerken


Zie Wikipedia

successie bewerken


Zie Wikipedia

successiesnelheid bewerken


Zie Wikipedia

succulent bewerken


Zie Wikipedia

suiker bewerken


Zie Wikipedia

suikerziekte bewerken


Zie Wikipedia

summatie bewerken


Zie Wikipedia

supernormale prikkel bewerken


Zie Wikipedia

suppressie bewerken


Zie Wikipedia

suppressor T-lymfocyten bewerken


Zie Wikipedia

survival value bewerken


Zie Wikipedia

syfilis bewerken


Zie Wikipedia

symbiont bewerken


Zie Wikipedia

symbiose bewerken


Zie Wikipedia

sympathisch zenuwstelsel bewerken

Van het Grieks syn = samen + pathos = gevoel,emotie.

Men spreekt ook van het orthosympathisch zenuwstelsel. Het is het deel van het autonoom zenuwstelsel, dat de organen zodanig beïnvloedt, dat het lichaam arbeid kan leveren. Het is complementair aan het parasympathisch zenuwstelsel.

Functioneel gezien maakt men een onderscheid tussen het willekeurig zenuwstelsel, ook somatisch of animaal zenuwstelsel genoemd, en het onwillekeurig zenuwstelsel, ook autonoom of vegetatief zenuwstelsel genoemd.

Het autonoom zenuwstelsel wordt zelf ingedeeld in het (ortho)sympatisch en het parasympathisch zenuwstelsel. Het sympathisch zenuwstelsel ontspringt uit kernen in de hypothalamus en komt aan de borstzijde en en ter hoogte van de lendenen uit het ruggenmerg en zorgt via tussenstations van zenuwcellichamen voor activering van alle organen en functies.

Het sympathisch systeem is vooral actief in omstandigheden waar een snelle reactie nodig is (zg. "vecht of vlucht"-situaties) en wordt ook gestimuleerd door het hormoon adrenaline. Worden we teveel geprikkeld en is er onvoldoende kans tot rust, dan raakt het sympathisch stelsel overgeactiveerd. Dit kan aanleiding geven tot allerlei functiestoornissen op lange termijn, bvb. spanningen op spieren, pezen, gewrichten.

Gebaseerd op het biologielexicon VOB


Zie Wikipedia

synaps bewerken


Zie Wikipedia

synapsspleet bewerken


Zie Wikipedia

syndroom van Down bewerken


Zie Wikipedia

synergist bewerken


Zie Wikipedia

systematiek bewerken


Zie Wikipedia
Zie zeker ook WIKISPECIES  

systole bewerken


Zie Wikipedia


A · B · C · D · E · F · G · H · I · J · K · L · M · N · O · P · Q · R · S · T · U · V · W · X · Y · Z


Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.