Italiaans

Inleiding
  1. Inleiding op de cursus
Lessen
  1. Alfabet en uitspraak
  2. Regelmatige werkwoorden
  3. Lidwoorden en venire
  4. Voltooid tegenwoordige tijd en delend lidwoord
  5. Wederkerende werkwoorden
  6. Bijvoeglijk naamwoord, bezittelijk voornaamwoord
  7. Andare, teksten lezen en klokkijken
  8. Getallen, tenere en dovere
  9. Voorzetsel, rimanere, uscire en stare
  10. Meewerkend voorwerp, vraagwoorden en dare
  11. Bijwoord, onbepaald voornaamwoord, toekomende tijd
  12. Gebiedende wijs, rangtelwoorden
  13. Verleden tijd
  14. Vergelijking en bere
  15. Ci en ne
  16. Onvoltooid deelwoord
  17. Persoonlijk voornaamwoord
  18. Congiuntivo en passivum
  19. Condizionale en voegwoorden
  20. Afsluitend examen
  21. Einde
Toetsen
  1. Toets les 2 en 3
  2. Eindexamen
  3. Luistertoets
Overig
  1. Nuttige woorden
  2. Grammatica
  3. Grammatica-overzicht
  4. Woordenlijst
  5. Cultuur en eetgewoonten van Italië
  6. Huurcontract met woordenlijst
  7. Dante Divina Commedia: Inferno Canto I
  8. Liedtekst Volare van Modugno en Migliacci
  9. Liedtekst Per amore van Andrea Bocelli
  10. Liedtekst Va Pensiero uit Verdi's opera Nabucco
  11. Meningen
  12. Antwoordenboek
Auteurs
  1. Dion
  2. Hansmuller, woonde en werkte vier jaar in Rome

Onderwerp

bewerken

In les 1 (Lezione Uno of La prima lezione) van de cursus Italiaans worden alfabet, uitspraak en klemtoon behandeld. Er komt geen toets over les 1, maar dit is wel zeer belangrijke stof.

Alfabet met uitspraak

bewerken
Hoofdletter Kleine letter Naam Uitspraak
A a a aa
B b bi bie
C c ci tsjie
D d di die
E e e ee
F f effe effe
G g gi dzjie
H h acca acca
I i i ie
J j i lunga ie loenga
K k kappa kappa
L l elle elle
M m emme emme
N n enne enne
O o o oo
P p pi pie
Q q qu koe
R r erre erre
S s esse esse
T t ti tie
U u u oe
V v vu voe
W w vu doppio

doppia vu

voe doppio

doppia voe

X x ics ieks
Y y ypsilon

i greca

iepsielon

ie greka

Z z zeta dzèta

Merk op:

  • Aan de klank van sommige letters wordt ie toegevoegd: B (uitspraak 'bie'), C('tjsie'), D ('die'), P ('pie'), T (tie), X (ieks').
  • De meeste woorden in het Italiaans eindigen met een klinker.
  • Enkele benamingen van letters zijn afgeleid uit het Grieks, zoals 'kappa'(K) en 'zeta'(Z).
  • De y heeft twee benamingen, ypsilon ( uitspraak 'iepsielon', Nederlands: 'ypsilon') en 'i greca' ('Griekse i', uitspraak: 'ie greeka', Nederlands: 'i-grec').
  • De w heet doppia v (uitspraak: doppie-ja woe, dubbele v), vergelijkbaar met het Franse 'double v' en het Engelse 'double u'.
  • De letters kunnen tenzij boven anders aangegeven, zowel mannelijk als vrouwelijk zijn! Dus we mogen bijvoorbeeld zowel 'la b' (uitspraak la bie) als 'il b' (uitspraak iel bie) zeggen. Er bestaat een voorkeur voor de vrouwelijke letter, dus la b. La lettera (de letter) is ook vrouwelijk.

Van oorsprong Italiaanse woorden worden geschreven met maar 21 letters. De k, w, x, y in vreemde woorden worden zoveel mogelijk vervangen door respectievelijk c, v, s en i. Bijvoorbeeld capoc (kapok), chilometro (kilometer, chi= kie omdat zonder h ci = tsjie), vodca (wodka), senofobia (xenofobie) maar yogurt (yoghurt). De j wordt niet meer gebruikt in de moderne spelling van Italiaanse woorden.

Uitspraak

bewerken

De uitspraak van het Italiaans is vrij consequent. De Italiaanse spelling volgt de uitspraak zo veel mogelijk (is bijna fonetisch), met als extreem voorbeeld cesperiano = Shakespeariaans (naar de Engelse schrijver/dichter Shakespeare).

De klemtoon van volgende afwijkende combinaties is vet aangegeven.

  • ce = tsje, voorbeeld cerco (ik zoek, uitspraak tsjerko, met korte o)
  • ci = tsjie, voorbeeld cioccolata (chocolade, uitspraak tsjokkolata), cit (stad), ciao (hoi tegen vrienden, kinderen en toeristen, [tsjiaw])
  • ge = dsje, voorbeeld Gerardo (Gerard, uitspraak Dsjerardo, met korte o)
  • gi = dzjie, voorbeeld mangiare (eten), girare (afslaan, draaien, uitspraak dsjirare)

Wanneer er tussen de 'c' en de 'i' of de 'g' en de 'i' een 'h' wordt geplaatst, ontstaat een keelklank:

  • chi, che, ca, co,... = ki, ke, ka, ko,...
  • ghi, ghe, ga, go,... = gi, ge, ga, go,... (voorbeeld: ghetto, met gh zoals de Franse, Engelse en Duitse G.

voorbeeld ghiaccio (ijs = bevroren water, gi-ja-tsjoh)), chiacchierare (babbelen, uitspraak 'kijakjerare'). De g heeft nooit de harde raspende klank zoals in de meeste delen van Nederland, maar klinkt als in het Franse garçon (jongen).

Uit de regels voor ce en ci volgen:

  • sce = sje, voorbeeld conoscere (weten, kennen, leren kennen, konosjere)
  • sci = sji, voorbeeld lo sciopero (de staking, lo sjiopero, met korte o)

Verder

  • gli = lji, voorbeeld tagliatelle (de tagliatelle, tal-jia-telle)

Opgepast voor dubbele klinkers: Nederlandse tweeklanken zijn dit niet in het Italiaans. Een Nederlandse naam als 'De Ruiter' wordt in het Italiaans uitgesproken als 'Dee Roe-ie-ter'. 'Huygens' wordt 'Hoe-ie-djens'. Wel consequent!

  • ae = a-e, voorbeeld maestro, 'ma-es-tro', niet 'maistro'!
  • ie = ie-e, voorbeeld grazie (dank je/u, 'gra-tsie-je')
  • ui = oe-ie, voorbeeld gratuito (gratis, 'graa-toe-ieto').
  • eu = e-oe, 'ew' voorbeeld Europa ('Ewropa', 'èh-woe-ro-pa'), euro ('èwro')

Om de uitspraak van de letter c makkelijk te onthouden is er een ezelsbruggetje: Kaa, Koo, Koe, TSJe, TSJie (ca, co, cu, ce, ci). De C klinkt altijd als een K , tenzij er een e of i na komt, dan spreek je de c uit als "tsj".
Dus als er na de c bijvoorbeeld een a staat spreek je de c uit als k. Maar als er na de c een e of i komt, spreek je de c uit als tsj. Anders gezegd de C klinkt altijd als een K , behalve als er een e of i komt.

De uitspraak van de r is de klassiek Nederlandse r relatief voorop de tong, dus zeker niet de brouwende "ar" met keelklank zoals in de Amsterdamse en Gooise dialecten in de media, bij jonge vrouwen en in het Engels/Amerikaans.

  • verrassend is lo jazz (de jazz) met uitspraak 'djets'.

Klemtoon

bewerken

Meestal moet men uit het hoofd leren waar de klemtoon (vet aangegeven) in het woord ligt, over het algemeen ligt de klemtoon op de voorlaatste lettergreep, maar ook vaak op de twee na laatste lettergreep. Voor sommige zaken zijn er regels, bijvoorbeeld bij de werkwoorden.

Voorbeeld: 'parlare' (spreken, praten) in de onvoltooid tegenwoordige tijd

parlo (ik spreek), parli (jij spreekt), parla (zij/hij/het spreekt) & parlano (zij spreken)
In het enkelvoud en de 3de persoon meervoud ligt de klemtoon altijd op de eerste lettergreep bij de regelmatige werkwoorden op -are, -ire en -ere.
Maar parliamo (wij spreken), parlate (jullie spreken)

Als de klemtoon op de laatste lettergreep valt, wordt dit door een accent aangegeven, voorbeeld qualità, kwaliteit. Vaak komt de klemtoon op de derde lettergreep van achteren, voorbeeld formula, 'for-moe-la', formule. Nederlanders leggen vaak deze klemtoon verkeerd, bijvoorbeeld op de klassieke muziekzender Radio 4.

Net als in het Nederlands, zijn er in het Italiaans woorden waarvan de klemtoon in het spraakgebruik aan het verschuiven is. Zo kun je tegenwoordig naast "soddisfa" ook "soddisfa" (betekenis "hij/zij/het voldoet, is bevredigend") horen.

Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.